Wat
een schrik, wanneer ik de mens in zijn of haar puurste vorm aanschouw.
(Inclusief mijzelf, laat dat duidelijk zijn…)
Wanneer
komt de oermens naar buiten? Op zaterdag in de supermarkt, op 2e
paasdag op een meubelboulevard, tijdens de uitverkoop in ongeacht welke winkel,
al schrijvend op internet en in het verkeer.
Het
beschaafde likje beleefdheidsverf begint al te bladderen wanneer iemand het lef
heeft om voor te piepen in de rij voor de kassa, terwijl jij al die tijd netjes
staat te wachten tot de caissière genegen is jouw boodschappen langs de scanner
te halen.
Mijn
haren gaan overeind staan wanneer het ergens zó druk is dat je steeds mensen raakt
wanneer je ze moet passeren. Leuk, zo’n rollator of scootmobiel, maar de klachten
zijn niet van de lucht wanneer je de bestuurders ervan even niet ziet en ze dus
wel 3 héle tellen moeten wachten. Vervolgens staan de bezitters van deze
prachtige uitvindingen zelf enorm in de weg, maar daar mag je natuurlijk niets
van zeggen, want ze hebben die wielen niet voor niets bij zich.
Hangjongeren
worden tegenwoordig aangepakt, maar samenscholingen vol chagrijnige en klagende
oudjes zijn wel toegestaan? Wie snapt het Nederlands recht soms nog…
Oké,
van de rollatormaffia naar de volgende ergernis; onbeleefd, onverschillig of onkundig
winkelpersoneel.
Wanneer
je iets niet kunt vinden en dus hulp zoekt, is er lang niet altijd iemand te
vinden of je wordt van het kastje naar de muur gestuurd. Je kunt soms zelfs een
grote mond krijgen of ze laten je gewoon staan, terwijl de 3 loslopende collega’s
samen staan te roddelen over nummer 4, die bij de kassa staat af te rekenen met
haar malende kaken die de kauwgom uit de aanbieding proberen.
Wanneer
je dan geheel op eigen kracht uiteindelijk de producten hebt gevonden en gaat
afrekenen, kijkt het kassapersoneel je vaak niet eens aan en er kan zelfs geen
“alstublieft” of “dank u wel” meer af.
Mijn neiging om met iets te gooien of ergens tegenaan te schoppen lijkt uit te
groeien tot een eerste levensbehoefte!
In
de auto beginnen mijn tanden te knarsen en tenen te krommen wanneer iemand me
rechts inhaalt, me dan snijdt en vervolgens zachter voor me gaat rijden… Ik
krijg ook kippenvel van mensen die bumperkleven of van mensen die op het
allerlaatste moment beslissen dat ze binnen nu en 4 seconden 3 rijstroken naar
rechts moeten opschuiven – zónder richtingaanwijzer!- omdat ze anders de afslag
missen.
Er
zijn ook in dit geval al heel wat
alternatieve scheldwoorden door mij bedacht, die ik hier maar niet zwart op wit
zal zetten, zo breng ik anderen maar op slechte ideeën en volgt er een regen
van reacties...
Daarom
geldt de titel “agressief, wie, ik???” dus in de eerste plaats voor mijzelf,
ongevernist heb ik ook kanten waar ik soms van schrik, maar die misschien, voor
de oplettende lezer, wel herkenbaar zijn…? !
(Ik
stop nu maar, want ik moet het haar op m’n tanden nog kammen en m’n scherpe
tong bijslijpen…)