vrijdag 19 april 2013

De conculega



 Je collega’s zijn soms deels je concurrenten, maar omdat ze niet 100% rivalen en vijanden zijn, gebruik ik de term “conculega” daarom maar eens even.  Een combi van concurrent en collega.

Zelf heb ik het aardig getroffen met mijn collega’s. Ik kan met vrijwel iedereen goed door één deur, iedere collega heeft een andere rol in mijn werkend bestaan. Naast het werk, de vergaderingen,  studiedagen en die enkele borrel per jaar ga ik met iedereen toch op een eigen manier om. Met sommigen voer ik goede gesprekken, met anderen ga ik wel eens uit eten, met die en gene bespreek ik de problemen van het moment en weer anderen bied ik juist mijn luisterend oor. Dat klinkt heel sociaal en dat ben ik ook echt, maar een enkele keer is het noodgedwongen zo gekomen.

Een collega van mij heeft er een handje van om al haar problemen (werkgerelateerd, privé, whatever) met mij te delen. Omdat ze zóveel te vertellen heeft, luister ik vrij vaak naar haar. Die enkele keer dat ze al vraagt hoe het met mij gaat, kan ik net zo goed niets zeggen, want ik kom toch niet aan de beurt met mijn verhaal, als ik dat al zou willen. Ze heeft zelf zeer waarschijnlijk niet in de gaten dat ze áltijd praat en dat het altijd over haar gaat. Ook zal ze niet beseffen dat het hierdoor lijkt of ze zich niet interesseert in de belevenissen van mij en alle andere collega’s.

In dit geval is zij mijn conculega. Ik kan het prima met haar vinden, we hebben vrijwel dezelfde functie en grotendeels dezelfde kwaliteiten en ervaring, maar tijdens gesprekken en vergaderingen waar wij beiden aanwezig zijn, kom ik niet aan de beurt; ik word overschreeuwd op die schaarse momenten dat ik mijn zegje kan doen. (Ik besef dat ik dat laat gebeuren, maar ik ben te beleefd om mijn spreektijd op te eisen. Omdat ik wacht tot de vorige spreker is uitgepraat, ben ik vaak niet snel genoeg om in te haken op het zojuist genoemde. De rondvraag lijkt wel speciaal uitgevonden voor mensen zoals ik…)

Door 8 raampjes kijkt het makkelijk naar buiten




Vandaag ben ik sinds zéér lange tijd weer in de mogelijkheid om - op mijn nieuwe laptop met “8 Raampjes” en allerlei kantoorprogramma’s- onder andere columns te schrijven. Miss Fish kan weer digitaal rondzwemmen!
Het fenomeen laptop was tot twee weken geleden in praktische zin volledig langs mij heen gegaan. Ik ben nog van het tijdperk Personal Computer, met een draadje hier en daar in verbinding staan met alles binnenskamers en wereldwijd. Ik weet natuurlijk al jaren dat een laptop zó handig is en ook kan ik goed omgaan met de exemplaren van anderen, maar tot voor kort had ik er zelf geen in bezit. Mijn PC was net nieuw toen de laptop in opkomst was, dus al die tijd vond ik het onnodig om een goede computer ongebruikt te laten.

Na enkele malen reanimeren was er nu echt niets meer aan te doen, mijn geliefde PC overleed uiteindelijk aan de gevolgen van ouderdom en slijtage. De harde schijf is er uitgehaald, wie weet krijg ik ooit nog toegang tot de documenten, foto’s en programma’s die ik al weken moet missen.
Gelukkig maakte ik meestal een back-up op een usb-stick, maar alle content waar ik content mee was, wil ik toch het liefst kunnen ophalen van de harde schijf die het hart en de herinnering vormen van mijn voormalige PC. Er zijn apparaatjes voor opgegeven harddiscs, dus wie weet lukt het me zowaar nog ook!

“Ervaring is de beste leermeester…”





 De kinderen in mijn groep 4 leven er al een week naar toe, er komt een speciale techniekmiddag!

Vanmiddag staat techniek, het doen van proefjes en een circuit van leuke opdrachten centraal.

Vanmiddag even geen lezen, taal, Engels en geschiedenis, maar de handen uit de mouwen en experimenteren maar!

Na een korte uitleg van mij via het digibord gaan alle kinderen, gewapend met een werkboekje en potlood, op weg en aan de slag met verschillende proefjes. De groepjes rouleren en aan het eind van de middag heeft ieder kind elk proefje uitgevoerd.

maandag 15 april 2013

Kies en leef!



Wat zal ik op mijn boterham doen? Allereerst maar eens uitkiezen welk brood ik zal nemen. Donkerbruin, meergranen, tijgerbol of knäckebröd, opties te over! Vervolgens is oude kaas wel erg lekker op een bruine boterham, maar aardbeienjam op een croissantje is ook niet te versmaden. Een volkoren beschuitje met hagelslag, een witte boterham met pindakaas of een tosti maken het kiezen er niet simpeler op.

Ik ben een enorme twijfelaar, zie overal wel voordelen en nadelen in en dat maakt keuzes maken niet bepaald makkelijk. Bij kleine zaken zoals kiezen wat je gaat eten maakt het niet veel uit, omdat het geen verstrekkende gevolgen heeft. Het kiezen van een vakantiebestemming, het aanschaffen van een garderobe of boek, de invulling van een avondje uit bedenken of een cadeautje voor iemand kopen: deze keuzes zijn van tijdelijke aard.

Bij wat grotere acties, zoals het kopen van een huis, het verbouwen ervan of het verhuizen naar een andere plaats maakt het wel degelijk uit wat je beslist, maar ook dit zijn wat mij betreft nog geen zaken van levensbelang.

Wanneer maakt een keus wel het verschil? Bijvoorbeeld wanneer je over de inhoud en beleving van je geloof nadenkt, wanneer je een keus moet maken voor een opleiding of baan, wanneer het je gezondheid betreft of als het gaat over vriendschap en liefde.

Leonardo, knoopsgaten en mieren.





Met nog enkele dagen voor de boeg voor het jaar 2012 officieel ten einde is, waag ik me – zoals half bekend en onbekend Nederland- aan een terugblik. Niet over het gehele jaar 2012, niet over mijn privéleven, maar vanaf de start van het schooljaar in augustus 2012 tot nu en dus over mijn werk. Zoals misschien inmiddels wel bekend is, ben ik juf van 26 kinderen van 7 en 8 jaar oud, in groep 4.

Het is een stel leuke, drukke, gezellige, meestal goed luisterende doeners. Ieder met nu al een zeer eigen persoonlijkheid, uniek en bijzonder. Omdat je ze over het algemeen vooral als groep ziet, sta ik af en toe eens bewust stil bij elk kind individueel. Dat er flinke denkers tussen zitten, komt regelmatig naar boven, soms op onverwachte momenten.

Toen ik bijvoorbeeld het scheppingsverhaal verteld had, kwamen mijn mini-filosoofjes met uiteenlopende vragen. Eén van de vragen was: “als God alles en iedereen heeft gemaakt, wie heeft dan ooit Gód gemaakt?”. Direct daarop volgde de vraag: “in het verhaal vertelde u over alle dieren, maar waar waren de dinosaurussen?” Heel leuk om te zien is het feit dat de kinderen elkaar verklaringen gaan geven. Omdat ik kinderen in de klas heb die gereformeerd, ongelovig, moslim, boeddhist of anderszins gelovig zijn, ben ik benieuwd wat ze elkaar willen vertellen. “God hoefde niet gemaakt te worden, want Hij was er altijd al en zal er altijd zijn” was het antwoord van de enige jongen van wie ik weet dat hij naar de zondagschool gaat. “En die dinosaurussen, die waren dan vast buiten het paradijs, zodat God ze niet in de Bijbel kon schrijven”. Gewèldig!

Wil jij in mijn album schrijven?!






Als de dag van gisteren weet ik nog dat ik een poëziealbum kreeg. Ook al ben ik niet bejaard en zelfs niet van middelbare leeftijd, ik ben nog net van vóór het vriendenboekjestijdperk.

Ik wilde zó graag dat mensen er iets in schreven, dat het me op dat moment meer om kwantiteit dan om kwaliteit ging. Ik ging iedereen af, van mijn ouders, grootouders en de juffen op school tot de oppas en de balletlerares.

Met mijn 5 jaar begreep ik lang niet alles van wat er in mijn mooie bruine albumpje met Holly Hobbie geschreven werd. Wel werd ik blij van alle mooie plaatjes met glitter en de stickers die speciaal voor mij werden ingeplakt!

Laatst pakte ik een verhuisdoos uit – we vergeten voor het gemak even dat ik inmiddels al 2 ½ jaar in dit huis woon - en kwam mijn zeer gewaardeerde album tegen. Met enige weemoed opende ik het slotje en begon te lezen.

Naast alle “vergeet mij niet”, “tip tap top, de datum heeft een hoedje op” en “oh, wat een lol, al weer een blaadje vol”, stonden heel veel gedichtjes die ik nu wel begrijp en met plezier, een lach en zelfs een enkele traan herlees. Vooral de zelfgemaakte versjes van de mensen die me nu nog steeds het liefst zijn, vind ik zo speciaal, dat ik ze met jullie wil delen.

De liefde die spreekt uit de woorden van 30 jaar geleden zijn ineens weer actueel.

(En omdat ze natuurlijk geen “miss Fish” boven hun gedichtjes schreven, leren jullie nu eindelijk mijn eigen voornaam kennen!)