maandag 25 februari 2013

Dat heb je met dinosaurussen…




In mijn functie van leerkracht maak ik regelmatig leuke, gekke en interessante dingen mee met de kinderen. Zo ook pas geleden: in de klas, ’s morgens tijdens het kringgesprek, mocht iedereen die dat wilde iets vertellen over de belevenissen van het afgelopen weekend. Een paar jongens waren erg geïnteresseerd in een boek dat iemand had meegenomen. Dit boek ging namelijk over het leven van dinosaurussen. Met veel tekeningen, stickers en tekst werden er verschillende dinosaurussen behandeld. Er was onder andere informatie te vinden over wanneer ze waarschijnlijk leefden, wat ze aten en welke verschillende soorten er bestaan hebben.

Met moeite kwamen de andere kinderen nog aan de beurt met hún verhaal, maar in een ieders achterhoofd bleef toch het dinosaurusboek aanwezig.

Na het kringgesprek praatten er nog wat jongens na over het voor hen toch wel erg boeiende boek! Zelfs toen ze aan het werk moesten, bleef het hier en daar wat onrustig…


De rest van de morgen werd er prima gewerkt en als “beloning” mochten er kinderen via het smartbord (digibord) naar meer informatie over dinosaurussen gaan zoeken.

Als er even later buiten gespeeld gaat worden, zie ik veel jongens en een enkel meisje achter elkaar aan rennen. Nu eens niet om te voetballen of tikkertje te spelen, maar vandaag zitten de Tyrannosaurus rex, de Diplodocus, de Ultrasaurus en de Pterodactylus achter een Velociraptor aan! Dit heeft een heleboel lawaai, geren en gespring tot gevolg en steeds meer kinderen willen meespelen.

Wanneer het speelkwartier vordert, zie ik James, Floris en Julian nog steeds zeer enthousiast dinosaurussen naspelen, terwijl de meeste andere kinderen naar het duikelrek, de wiebelbrug, de voetbaldoeltjes en de basket zijn teruggekeerd. De drie jongens rennen elkaar achterna en proberen nog steeds andere kinderen te vangen. Omdat bijna niemand meer meespeelt, vraag ik me af hoe dat verder zal gaan.

Na een poosje gaat James ineens met zijn ogen dicht stokstijf stil tegen de boom op het plein zitten, terwijl de andere kinderen gewoon verder spelen. Iedereen speelt verder zónder hem, ook zijn dinovrienden Floris en Julian. Wanneer ik naar James toe loop en vraag of alles goed gaat, kijkt hij me in eerste instantie wat vreemd aan. Als ik hem dan wat concreter vraag of hij ruzie heeft of dat er misschien iets anders aan de hand is, antwoordt hij:

“Niets bijzonders juf, ik zit alleen maar uit te sterven!”.